In al deze bloedvaten kunnen storingen optreden. De grote ader heeft bij de benen de belangrijkste taak. Wordt deze afgeklemd dan kan er geen bloedtoevoer in de benen plaatsvinden. Duurt het afklemmen te lang dan kunnen de weefsels afsterven. Het afklemmen kan gebeuren bij breuken maar ook door oorzaken van buitenaf. Ook kan er bij het been een slagaderlijke bloeding ontstaan waardoor het bloed en de zuurstof niet bezorg kunnen worden. Een slagaderlijke bloeding wordt gestopt door stevige druk in de liezen. Een slagaderlijke bloeding kan ontstaan door het springen van de ader door bijvoorbeeld opgebouwde druk, tijdens een operatieve ingreep of door invloeden van buitenaf.
Door een storing in de bloedvaten kan het vervoer van het bloed geblokkeerd worden. Storingen kunnen veroorzaakt worden door aderverkalking of bijvoorbeeld trombose. Soms helpen bloedverdunnende medicijnen maar vaak moet er een dotterbehandeling om een operatie plaatsvinden om de bloedcirculatie te herstellen. Bij een dotterbehandeling wordt met een klein ballonnetje de weg weer vrijgemaakt. Een operatie aan de bloedvaten bestaat vaak uit een omleiding waarbij een nieuw stukje ader om de afgesloten ader heen wordt aangelegd. Een soort van wegomlegging in het lichaam. Verstopte aderen in het been veroorzaken problemen met lopen, pijn in de benen, koude voeten en kortademigheid. Als de haarvaatjes verkalken kan een arts niets doen. Haarvaatjes zijn te klein om gedotterd te worden, en ook een omleiding is niet mogelijk. Het verstoppen van de haarvaatjes begint vaak bij de tenen. Het gevolg kan zijn dat er door meerdere verstoppingen amputatie moet plaatsvinden van tenen of gedeelte van de voet. Verstopte aderen ontstaan vaak door een verkeerde leef- en eetstijl.