Niet enkel de eerder genoemde pathogenen kunnen voor een infectie zorgen. Vandaag de dag is er immers steeds meer bekend het ontstaan en het loop van steeds meer vormen van infectieziekten. Zo kunnen bepaalde infecties plaatsvinden door middel van een verandering van eiwitten, zoals het geval is bij aandoeningen als de gekke koeienziekte. Deze vorm van infectie is overdraagbaar van koeien op mensen en is een veranderd eiwit, ook wel een prion genoemd, de ziekteverwekker.
De ziekteverwekkers dringen in het geval van een infectieziekte een geschikt lichaam op en zoeken daar vervolgens een plekje waar zij niet alleen veilig maar ook op een meest ideale manier zich voort kunnen planten. Uiteraard zal het afweersysteem van het betreffende lichaam tegen gaan werken, maar een groot aantal bacteriën en andere ziekteverwekkers kunnen daar steeds beter tegen en maken mensen dus ziek. De ziekteverwekkers zoeken dus in het lichaam naar een geschikte plek en dit wordt dan de infectiehaard genoemd. Op deze plaats bevinden zich met name de beschadigde lichaamscellen en de meeste ziekteverwekkers. Dit kan op vrijwel alle plaatsen in het lichaam zijn. Men kan bijvoorbeeld denken aan de darmen, en voornamelijk de blinde darm, de longen (een longontsteking), het hersenvlies, de lever en nog een groot aantal organen van het lichaam. Sommige ziekteverwekkers zoeken dan ook een zeer specifieke plaats op waar deze zich zo goed mogelijk voort kunnen planten zoals bijvoorbeeld in de zenuwcellen of andere juist in het spierweefsel van een lichaam.
Bij bacteriële infecties wordt er dikwijls overgegaan tot het gebruik van antibiotica, maar bij de overige ziekteverwekkers heeft dit geen effect en is een andere remedie nodig.