Een verkoudheid wordt veroorzaakt door bepaalde virussen zoals onder andere het rhinovirus, het coronavirus en het respiratoir syncytieel virus (vaak afgekort als RS-virus). Na ongeveer één tot drie weken gaat een verkoudheid doorgaans zonder enige vorm van behandeling weer vanzelf over. Bij kinderen kan een verkoudheid echter iets langer duren.
Bij een verkoudheid raakt slijmvlies dat zich in de neus- en keelholte en/of bijholten \bevindt geïrriteerd en ontstoken; dit zwelt op en vormt eveneens extra slijm. Op die manier ontstaat een verstopte neus en een hoest- en niesprikkel. Tevens kan bij een verkoudheid hoofdpijn betrokken zijn. Een aantal ontstekingen komen dikwijls voor:
Doordat de neus en de keel van een mens met elkaar in verbinding staan kan een ontsteking zich in zowel de neus als de keel voordoen. Bij ontsteking van het slijmvlies in de keel zijn de halsklieren gevoelig en opgezet. Dit heeft dan keelpijn tot gevolg. In sommige gevallen kan koorts optreden hierbij. Keelpijn verdwijnt vaak binnen een week.
Tijdens een bijholteontsteking is er een slijmophoping in de bijholten aanwezig. Dit heeft een pijn of druk in het aangezicht, de bovenkaak of het voorhoofd tot gevolg. De pijn ontstaat met bukken of met kauwen. De bijholten zitten in het bot van de bovenkaak, aan de linker- en de rechterzijde van de neus. Vaak zit de ontsteking maar aan één zijde, soms eveneens met een zwelling van de wang. Bijholteontsteking geneest vanzelf, vaak binnen één tot vier weken.
Middenoorontsteking ontstaat wanneer de gang tussen de neus-keelholte en de ruimte meteen achter het trommelvlies dichtzit. Virussen, bacteriën en vocht zitten daardoor in het middenoor opgesloten.