Voor een goede berekening van het calorieënverbruik is het belangrijk dat je aaneengesloten en goed alle zwemslagen uitoefent. Bij de schoolslag betekend dit dus goed intrekken en krachtig uitslaan van de armen en benen. Je kunt de schoolslag op je buik en op je rug doen, afwisselend is het leukst. Op je rug verbruik je vanwege de armslag vaak minder calorieën, afhankelijk van de kracht van je slag verbruik je ongeveer vierhonderd calorieën in een half uur. Hetzelfde verlies je ongeveer met de vlinderslag per half uur. Bij de buik- en rugcrawl verbruik je minder calorieën al zou je dat misschien niet verwachten omdat dit intensiever lijkt. Afhankelijk van de kracht die je gebruikt verbruik je ongeveer tweehonderd en vijftig calorieën in een half uur.
Ga minimaal een half uur zwemmen om calorieën te verbranden, je moet wel echt baantjes trekken. Je kunt alle zwemslagen zes minuten doen of een paar zwemslagen kiezen. Bouw de tijd van het zwemmen langzaam op om meer calorieën te verbruiken. Is je conditie nog niet zo goed begin dan met de normale schoolslag om rustig op te bouwen. Vooral in het begin kun je een kwartier zwemmen, een paar minuten uitrusten en weer een kwartier zwemmen. Het belangrijkste is dat je het een half uur zwemmend volhoudt. Hoeveel calorieën je door zwemmen verbruikt is afhankelijk van je keuze in zwemslagen en de tijd dat je zwemt.