Als een miskraam na het eerste trimester plaatsvindt is de oorzaak vaak een lichamelijke afwijking van de moeder. Vrouwen die slappe spieren hebben aan het begin bij de baarmoedermond hebben een groter risico op een miskraam. Ook een groter risico hebben vrouwen die zwanger worden op latere leeftijd. Het risico op een miskraam groeit vanaf de vijfendertig jaar, tussen de veertig en vijfenveertig jaar is de kans op een miskraam zelfs vijftig procent. Een ongezonde levensstijl kan het risico op een miskraam vergroten. Stress, eetgewoonten, roken, alcohol en drugs zijn hier voorbeelden van. Maar er zijn ook lichamelijke risico’s.
Soms is een storing in de hersenen de oorzaak voor een miskraam, het risico dat je hierbij vaker een miskraam kan krijgen is groot. De functie van de eierstokken wordt vanuit de hypofyse verstoord, te hoge bloedspiegels wijzen dit risico op miskramen aan. Sommige vrouwen hebben afwijkingen in hun baarmoeder die het risico op een miskraam vergroten. De afwijkingen kunnen aangeboren zijn maar ook later ontstaan door bijvoorbeeld aangroei van het baarmoederslijmvlies of vleesbomen. Bij vrouwen die al vaker een miskraam hebben gehad is het risico op een miskraam groter. Bij de eerste miskraam is de kans groot dat je een nieuwe zwangerschap kunt uitdragen. Na een miskraam zal de arts proberen de reden te achterhalen om het risico de volgende keer zo klein mogelijk te houden. Aan veel lichamelijke risico’s kan iets gedaan worden. Vrouwen met bepaalde ziekten zoals diabetes hebben een groter risico, het aanpassen van de medicijnen kan een miskraam helpen voorkomen. Bij sommige vrouwen kan bedrust helpen om een miskraam te voorkomen of bijvoorbeeld een baarmoederring.