De rookmelders zijn de eerste wachtposten bij brand. Voordat een brand oplaait en verspreid ontstaat in de meeste gevallen eerst rookontwikkeling. Deze rook zorgt ervoor dat de sensor van de rookmelder geblokkeerd raakt. Als gevolg hiervan maakt de rookmelder een aanhoudend, hard en schril geluid. Zelfs de diepslapende mens wordt hier wakker van waardoor men zich tijdig in veiligheid kan brengen. Als men in huis brandvertragende materialen heeft gebruikt kan men bovendien vaak zelf de brand nog blussen voordat deze zover uitbreidt dat er geen redding meer mogelijk is. Ook al kunnen rookmelders geen brand tegenhouden of stoppen dan nog kunnen ze veel schade en lichamelijk letsel voorkomen.
Voor de brandveiligheid is het belangrijk dat de rookmelders op de goede plaats hangen en niet belemmerd worden door muren, lampen of een ventilatiekanaal. De beste plaats is aan het plafond omdat rook altijd naar boven trekt. Hang de rookmelder beneden op de gang of in de hal, in het midden tussen de deuren die hierop uitkomen. Heb je een bovenverdieping hang de rookmelder dan aan het plafond bij de trap. Niet alleen komen hier de deuren boven bij uit maar ook de rook van de benedenverdieping komt hier het eerste langs. Zou de rookmelder beneden het af laten weten dan heb je nog altijd de dekking van de rookmelder boven. Een goed onderhoud van de rookmelders is belangrijk voor de brandveiligheid. Als de sensoren worden belemmerd door aanslag, stof of rag reageert de brandmelder niet of te laat. De backup batterijen van de rookmelders gaan gemiddeld vijf jaar mee. Huizen die nieuw opgeleverd worden hebben rookmelders met nieuwe batterijen, kom je in een huis waar al iemand heeft gewoond dan weet je niet hoelang de batterijen al in gebruik zijn. Leg voor de brandveiligheid standaard batterijen in huis zodat je deze meteen kunt vervangen.