Bij psychotherapie is het doel om mensen met een beginnende vorm van dementie te helpen bij het verwerken van emoties en bij het aanleren van manieren om met de problemen, die veroorzaakt worden door de dementie, om te gaan. Psychotherapie kan zowel individueel, in een groep of samen met de partner gevolgd worden. Hier is echter nog niet veel onderzoek naar gedaan.
Ondersteuningsgroepen zijn met name op mensen gericht met beginnende dementie. Van belang is de uitwisseling van ervaringen en de mogelijkheid om persoonlijke gevoelens te uiten. Eveneens kan er aandacht besteed worden aan het omgaan met problemen die betrekking hebben op het geheugen.
Bij een realititeitsoriëntatietraining zorgt men door informatie te verstrekken over de tijd, plaats en betreffende persoon waardoor iemand met dementie de omgeving beter gaat begrijpen. Dit kan ondermeer door een goede bewegwijzering in een verpleeghuis maar ook door het gebruik van datumklokken foto’s en naambordjes. Dit kan ook vaak door de eigen naam te noemen of door te vertellen waar men zich bevindt en wat er staat te gebeuren.
Het uitgangspunt bij een gedragstherapie is een beloning van bepaald gewenst gedrag door iets te doen of te geven wat de demente op prijs stelt. Bijvoorbeeld een drankje, een compliment, muziek beluisteren of buiten gaan wandelen. Gedragsproblemen en incontinentie worden minder en de demente persoon wordt vaak actiever.
Lichamelijke stimulering is een therapie waarbij gebruik wordt gemaakt van bewegingsactiviteiten zoals sport, spel en ontspanningsoefeningen. Demente mensen blijven zo fysiek actief en hebben contacten met andere personen. Men reageert dikwijls met positief gedrag op dergelijke activiteiten. Op de lange termijn zorgt de therapie voor minder onrust gedurende de nacht en minder agressie.