Voedselvergiftiging* gaat echter in haast alle gevallen vanzelf weer over. Behandeling ervan is dan ook maar zelden noodzakelijk. Het enige waar men voor uit dient te kijken is uitdroging. Deze kan ontstaan op het moment dat de diarree en het braken erg heftig zijn of meer dan drie dagen achtereen aan blijven houden. In een dergelijk geval dient men dan ook de huisarts van deze klachten verwittigen zodat deze gepaste maatregelen kan treffen, eventueel na het uitvoeren van lichamelijk en/of *laboratoriumonderzoek.
Wanneer* een jong kind of een oudere persoon te maken krijgt met een voedselvergiftiging dan dient men extra goed te letten op tekenen van die kunnen wijzen op uitdroging. Zowel jonge kinderen als mensen op een hoge leeftijd zijn daar erg gevoelig voor. Maar eveneens indien men medicatie gebruikt en een voedselvergiftiging krijgt dan dient men direct contact op te nemen met de huisarts. Deze kan men vertellen of het kwaad kan wanneer men een dosis overslaat. Verder kan een huisarts in het geval van een voedselvergiftiging die veroorzaakt is door een bacterie een antibioticakuur voorschrijven om zo de bacterie te lijf te kunnen gaan en de klachten te kunnen verhelpen. Vaak is dit onnodig en herstel men op eigen kracht.