Er zijn twee soorten gevolgen, de gevolgen die te maken hebben met de verminderde hartspierwerking en de gevolgen die te maken hebben met de verminderde pompfunctie van het hart. Allereerst de gevolgen die gerelateerd zijn aan de verminderde hartspierwerking:
o De belangrijkste oorzaak is het hartinfarct waardoor een gedeelte van de hartspier af kan sterven en littekens kan achter laten. Een deel van de pompfunctie kan hierdoor ook verloren gegaan.
o Stofwisselingsziekten waardoor verschillende lichaamstoffen in de hartspier opstapelen. Uiteindelijk zal dit de spierfunctie nadelig beïnvloeden..
o Hartspierinfecties door virussen, zoals een normale spier ook ontstoken kan raken.
o Een toxische oorzaak bijvoorbeeld door het gebruik van te veel alcohol, en bepaalde medicijnen tegen kanker.
o Een gebrek aan bepaalde vitaminen kan tot hartfalen leiden die te maken hebben met de verminderde werking van de hartspier.
o De hartspier is zo dik geworden dat deze niet goed meer ontspant en er in de vullingsfase slechts weinig bloed in kan stromen..
Naast de verminderde werking van de hartspier zijn er ook defecten die leiden tot de verminderde pompwerking. Hierbij kan men denken aan oorzaken als de komende:
o Defect van de hartkleppen kan het gevolg van een lekkende hartklep zijn waardoor (een deel van) het bloed weer terugstroomt en nogmaals dezelfde weg af moet leggen. Dat betekent dat het bloed minder zuurstofrijk is. Dit kan eveneens door een hartklepvernauwing komen waardoor de doorgang is vernauwd. Klepgebreken kunnen zowel door infectie en degeneratie maar ook aangeboren als erfelijk zijn.
o Door hartritmestoornissen is het hart minder goed in staat om bloed rond te pompen.