Nadat men besmet is geweest met het hepatitis A virus dan is men voor de rest van het leven beschermd tegen de ziekte en is vaccinatie onnodig. Een doorgemaakte infectie kan met een positieve anti-HAV test aan worden getoond.
Voor personen die geen natuurlijke immuniteit op hebben gebouwd, kan een bescherming tegen hepatitis A worden verkregen door middel van een vaccinatie. Het hepatitis A vaccin wekt bij nagenoeg elk mens binnen twee weken antistoffen op. De vaccinatie geeft een jaar bescherming. Een tweede vaccinatie, binnen één jaar, geeft een langdurige, waarschijnlijk zelfs een levenslange, bescherming tegen het hepatitis A virus.
Een vaccinatie wordt aangeraden bij reizigers naar oorden waar hepatitis A veelvuldig voorkomt, mensen die bij een besmetting met dit virus een verhoogd risico hebben op een ernstig beloop (bij een chronische leverziekte dragers van het hiv-virus of een stollingsziekte) maar ook mensen die werken in branches die risicovol zijn zoals medewerkers van een waterzuivering, mensen die werken in het riool, medewerkers op kinderdagverblijven, basisscholen of instellingen in de gezondheidszorg.
Hepatitis A kan men overal oplopen, maar voornamelijk reizigers die naar verre landen afreizen lopen extra risico. Overal waar de sanitaire en hygiënische voorzieningen te wensen overlaten bestaat een kans op een hepatitis A infectie. De kans op besmetting is in deze landen veel groter dan in ons land. In deze landen wordt verder niet aangeraden om rauwe groenten, niet geschild fruit, salades en schelpdieren te eten.