Maar niet enkel en alleen voor het bepalen van de aanwezigheid van een aantal ziektes kan het bloed in een laboratorium onderzocht worden. Eveneens voor het bepalen van bijvoorbeeld de hoeveelheid alcohol of suikers in het bloed kan men op deze manier onderzoek doen. Verder geldt dit ook voor het opsporen van ondermeer het zwangerschapshormoon HCL. Dit wordt namelijk alleen geproduceerd op het moment dat een vrouw zwanger is en is daarom een prima indicator om een zwangerschap mee aan te duiden.
Verder wordt een onderzoek van het bloed soms uitgevoerd om vast te kunnen stellen wat de bloedgroep van een bepaald individu is of om een zogeheten DNA-profiel op te kunnen maken. Aan de hand van het aanwezige DNA in het bloed kan men de identiteit van een persoon zeer nauwkeurig vaststellen wat voordelig kan zijn in zaken die te maken hebben met de bestrijding van een misdrijf. Bij dergelijke onderzoeken kan men zowel het bloed van een slachtoffer als van een eventuele dader gaan onderzoeken om achter de identiteit van deze persoon, of personen, te kunnen komen. Het onderzoek van bloed wordt eveneens ingezet om familiebanden aan te kunnen tonen tussen bepaalde personen zoals bijvoorbeeld bij een vaderschapstest gebeurt.
Bloedonderzoek zal in een groot deel van de gevallen uit worden gevoerd in een steriele omgeving zoals een laboratorium. In een aantal gevallen zoals bijvoorbeeld bij diabetici wordt het bloed door de patiënt zelf geprikt en onderzocht om de bloedsuikerspiegel vast te kunnen stellen. Dit kan men overal doen maar meestal gebeurt dit in de woon/, werk of studieomgeving. Om ervoor te kunnen zorgen dat het bloed dat men prikt niet verontreinigd is met stoffen die men aan de vingertoppen heeft zitten dient men deze eerst grondig schoon te maken met een desinfecterend middel. Hierna kan men bloed af gaan nemen.