Dit soort ongewilde, en in de omgang met andere mensen vaak in meerdere of mindere mate hinderlijke, bewegingen en geluiden worden tics genoemd. Als er van tijd tot tijd minstens twee motorische tics en één vocale tic (niet noodzakelijk op eenzelfde moment) optreden en dit binnen een observatieperiode van tenminste één jaar gebeurt, dan spreekt men van het syndroom van Gilles de la Tourette. Men kan in dit jaar ook ticvrije periodes doormaken, welke soms tot wel drie maanden kunnen duren.
Met andere woorden: de diagnose syndroom van Gilles de la Tourette kan ook worden gesteld op het moment dat: er met de nodige regelmaat twee motorische, en eventueel één vocale, tic zich manifesteert. Deze tics dienen meer dan een jaar aan te houden en overige neurologische oorzaken zijn *uitgesloten.
De* kenmerken die horen bij het syndroom van Gilles de la Tourette openbaren zich vaak tussen de vier en de elf jaar. Deze kenmerken kunnen na de puberteit in bepaalde gevallen minder worden, maar dat is niet altijd zo. De volgende tics kunnen, al dan niet in combinatie met elkaar, voorkomen: wegdraaien of knipperen met de ogen, schudden met het hoofd, optrekken van de schouders of neus, grimassen trekken, knakken met vingers of ledenmaten.
Geluidstics zijn er ook in diverse soorten zoals: schrapen van de keel, kuchen, knorren, grommen, klakken met de tong en sissen. Maar eveneens het uiten van kreten die zinloos zijn, vloeken, schuttingtaal of scheldwoorden evenals het herhalen van woorden of zinnen. Naast deze kunnen nog allerlei mogelijke tics voorkomen.