Krentenbaard gaat vaak binnen één tot drie weken vanzelf weer weg. De genezing wordt echter flink versneld door het plaatselijk aanbrengen van (een zalf of crème met) antibiotica. Vaak zal een huisarts aanvankelijk een crème met bijvoorbeeld. fusidinezuur of tetracycline voorschrijven waarmee het gevaar voor besmetting binnen 48 uur verdwenen is. Kinderen met krentenbaard kunnen op die manier 48 uur na de start van de behandeling weer naar school gaan, behalve op het moment dat zij ziek en hangerig zijn van deze aandoening. De zalf werkt het meest optimaal wanneer de blaasjes of wondjes open zijn en de werkzame stof bij de bacteriën kan komen. Het is daarom belangrijk de dunne huid op de blaren weg te halen voordat men de zalf aanbrengt; op plaatsen waar de huid dun is kan dit het eenvoudigst door er een keer krachtig over te wrijven met een vochtig, ruw en schoon washandje. Dit is meestal niet pijnlijk. Waar de blaarhuid dik, zoals op de voetzolen, is zal er met schaar en pincet moeten worden gewerkt. Wanneer een zalf met fusidinezuur of tetracycline onvoldoende helpt kan een zalf met mupirocine voorgeschreven worden. In bepaalde gevallen wordt eveneens een zalf op hormonale basis zoals hydrocortison voorgeschreven bij krentenbaard.
Bij uitgebreide gevallen van krentenbaard kan eventueel een kuur met orale antibiotica zoals flucloxacilline gegeven worden, maar omdat bij een zorgvuldige lokale behandeling met zalf genezing vaak snel optreedt is dit zeker geen eerste keus. Indien flucloxacilline geen of niet genoeg resultaat boekt dan kan amoxicilline voor worden geschreven. Dit antibioticum kan zelfstandig voorgeschreven worden of samen met clavulaanzuur. Het clavulaanzuur versterkt immers de werking van amoxicilline. Het gebruik van desinfecterende producten zoals povidonjood en chloorhexidine is minder effectief dan antibiotica.