Bij dergelijke hoeveelheden aan celdelingen kan er wel eens wat fout gaan, waardoor een cel zich te veel deelt of zich zelfs ongeremd zal blijven delen. Op die manier ontstaat er een gezwel of een tumor. In het beginstadium van borstkanker woekeren de tumorcellen in de melkgangen en in de klierkwabben. Vervolgens kunnen er verbindingen ontstaan tussen deze tumorcellen, hierdoor zullen deze in het omringende borstweefsel terechtkomen en dat wegdrukken of vernietigen. Wanneer de kankercellen niet (kunnen) worden gestopt, komen deze uiteindelijk in de lymfbanen terecht en soms eveneens in de bloedvaten. In een dergelijk geval is er sprake van uitzaaiingen.
Een tumor kan zowel goed- als kwaadaardig zijn. Goedaardige cellen veroorzaken wel een zwelling, maar groeien niet door andere weefsels heen en verspreiden zich evenmin verder door het lichaam. Kwaadaardige cellen groeien echter overal in en hebben de neiging om zich door het lichaam te verspreiden. Als deze ‘foute’ cellen zich gaan vermeerderen, dan vormen deze een kwaadaardige zwelling; een zogenaamd carcinoom.
Bij het ontstaan van borstkanker kunnen erfelijke aspecten een rol spelen. Hierdoor besluiten veel vrouwen, vban wie bekend is dat er naaste familieleden eveneens lijden of hebben geleden aan borstkanker, zich laten testen hierop. Sommige van deze vrouwen laten zelfs hun borsten preventief amputeren om op die manier de kanker geen kans te geven. Dit is echter een enorme stap die veel emoties en kracht vergt van de betreffende vrouw. De vrouw is echter wel verzekerd dat haar niet hetzelfde lot wacht als haar familieleden met deze ziekte. In bepaalde gevallen kent deze namelijk een fatale afloop.