Stretchoefeningen bestaan hoofdzakelijk uit het uitrekken van je spieren. Je kunt jezelf dit visueel voorstellen met een elastiek. Hoe vaker je de elastiek rekt hoe spoeler deze wordt. Je armen, kuiten en bovenbenen zijn de belangrijkste plaatsen voor stretchoefeningen. Het beste kun je eerst “warm lopen” met stretchoefeningen voor de armspieren. Strek beide armen zo hoog mogelijk boven je hoofd, breng vervolgens beide armen op een horizontale lijn met de schouders en weer terug naar boven. Bij een andere oefening leg je een hand achter in je nek, met de andere hand trek je de elleboog naar je hoofd. Doe dit aan beide zijden.
Om je kuitspieren te stretchen zet je de ene voet voor de andere. Houdt het achterste been gestrekt terwijl je door de knie van je voorste been zakt. Zet je handen net boven de knie en veer tienmaal op en neer. Doe dit ook met je andere been. Ga recht staan en zak tienmaal licht door beide knieën. Maak je spieren helemaal los door je tenen aan te raken. We hebben het als kind allemaal gedaan. Zet je voeten licht uit elkaar. Raak zonder je knieën te buigen je tenen aan, strek je armen zo ver mogelijk boven je hoofd bij het overeind komen. Houd jezelf met een hand vast. Pak achter je rug de wreef van je voet en trek de voet zo dicht mogelijk naar je bil toe. Doe ook dit bij beide benen.